A50: Kansrijke oplossingen

Een oplossing om de capaciteit van de A50 tussen de knooppunten Ewijk, Bankhoef en Paalgraven te vergroten en het aantal ongevallen op dit traject te verminderen. Hieraan werkt het project A50 MIRT-verkenning Ewijk-Bankhoef-Paalgraven. 

Analysefase en beoordelingsfase

In de analysefase van de verkenning zijn 10 mogelijke oplossingen op de A50 onderzocht. Op basis van een beoordelingskader wordt aan de bestuurlijke partners en minister een besluit gevraagd welke van deze mogelijke oplossingen kansrijk zijn om verder te onderzoeken in de beoordelingsfase.

Mogelijke oplossingen

De 10 mogelijke oplossingen zijn:

  • 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) tussen de knooppunten Bankhoef en Paalgraven.
  • een spitsstrook in beide richtingen tussen de knooppunten Ewijk en Bankhoef en 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) tussen de knooppunten Bankhoef en Paalgraven.
  • 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) voor het hele traject Ewijk-Bankhoef-Paalgraven.
  • 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) tussen knooppunt Bankhoef en afrit/toerit Ravenstein.
  • een spitsstrook in beide richtingen tussen knooppunt Ewijk en afrit/toerit Ravenstein en 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) tussen afrit/toerit Ravenstein en knooppunt Paalgraven.
  • 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) tussen afrit/toerit Ravenstein en knooppunt Paalgraven.
  • een spitsstrook in beide richtingen tussen de knooppunten Bankhoef en Paalgraven.
  • 3 rijstroken in beide richtingen (2x3) tussen de knooppunten Ewijk en Bankhoef en 4 rijstroken in beide richtingen (2x4) tussen de knooppunten Bankhoef en Paalgraven.
  • een spitsstrook in beide richtingen tussen de knooppunten Ewijk en Bankhoef en 4 rijstroken in beide richtingen (2x4) tussen de knooppunten Bankhoef en Paalgraven.
  • 3 rijstroken in beide richtingen tussen de knooppunten Ewijk en Paalgraven (2x3), met 4 rijstroken in beide richtingen (2x4) tussen knooppunt Bankhoef en afrit/toerit Ravenstein.

Beoordelingskader

Om de oplossingen afzonderlijk te kunnen beoordelen, is een beoordelingskader opgesteld. Hierbij kijkt het project naar wat de gevolgen zijn van een oplossing op de doorstroming, verkeersveiligheid, omgevingsaspecten en investeringskosten. Bij verkeersveiligheid wordt bijvoorbeeld de veiligheid op de snelweg zelf als op omliggende wegen beoordeeld. Bij doorstroming kijkt het project onder andere naar reistijden en of het minder druk wordt op omliggende wegen door de maatregelen op de A50.

Beoordelingsproces

Het beoordelingsproces om te komen van mogelijke naar kansrijke oplossingen noemen we het ‘zeefproces’. Dit gebeurt met behulp van de zogenaamde stoplichtmethodiek: als een oplossing bijvoorbeeld duidelijk niet voldoet en daardoor “rood” beoordeeld wordt, dan valt deze oplossing af. De beoordeling in deze fase gebeurt gedeeltelijk op basis van berekeningen, maar voornamelijk op basis van het oordeel van experts. De resultaten van dit ‘zeefproces’ presenteert het project, na besluitvorming door de bestuurlijke partners (Ministerie van IenW, Rijkswaterstaat en de provincies Gelderland en Noord-Brabant), in de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD).