Voorwoord

Wanneer je Nederland vanuit de lucht bekijkt, valt meteen de goed georganiseerde en doordachte infrastructuur op. Zoals dijken en dammen die ons waterrijke land omarmen en ervoor zorgen dat we droge voeten houden. Indrukwekkende waterwerken, zoals de Afsluitdijk en de Deltawerken, die ons beschermen tegen overstro mingen. Mainports, die ons wereldwijd verbinden. Spoorlijnen en snelwegen die ervoor zorgen dat steden en dorpen snel en soepel bereikbaar zijn. Ingenieuze verkeersknooppunten, fly-overs, tunnels en rotondes, die maken dat alles doorstroomt. En fietspaden, waarmee we gezond en veilig op school, werk en bij voorzieningen kunnen komen. Onze infrastructuur is een toonbeeld van effectiviteit en innovatie, wereldwijd bewonderd en nagevolgd.

De grootste prestatie is niet om aan de top te komen, maar om daar te blijven. Daarom werkt IenW aan een mega-onderhoudsbeurt van onze wegen, spoor, waterwerken en vaarwegen. Het is zelfs de grootste ooit. En daar gaan we voorlopig mee door, want de instandhouding van bestaande infrastructuur is van cruciaal belang voor de bereik baarheid van ons land. Daarnaast werken we aan een nog betere samenwerking tussen en met (mede)overheden, marktpartijen, ingenieursbureaus en kennisinstellingen. Want alleen samen kunnen we deze megaklus klaren.

De mobiliteit in Nederland zal de komende periode naar verwachting blijven toenemen. Daarom blijft het belangrijk ook in te zetten op aanleg. We werken met volle kracht door aan lopende wegprojecten zoals A2 Vonderen-Kerensheide en A27 Houten-Hooipolder. Als er voldoende personeel en vergunningsruimte is en de financiële middelen er zijn, worden de 17 gepauzeerde aanlegprojecten gefaseerd opgepakt. Daarnaast zijn de Nedersaksenlijn (Groningen-Almelo/Enschede), de OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer en de bevaarbaarheid van de IJssel, prioriteiten. Voor het spoorvervoer is in de grensregio’s een goede verbinding met de buurlanden essentieel.

Ondanks dat we veel minder nieuwe infrastructuur kunnen aanleggen dan we zouden willen, zijn er genoeg mijlpalen: de nieuwe overnachtingshaven in Spijk bijvoorbeeld, waar schippers en bemanningen veilig kunnen rusten. De krib- en oeververlaging in het Pannerdensch Kanaal, de ombouw van de Amstelveenlijn, de Reevesluis, de openstelling van een deel van de Rijnlandroute (de nieuwe provinciale weg N434 en de Corbulotunnel) en de Zuidelijke Ringweg Groningen. Ook zijn in het Brainportconvenant van maart 2024 afspraken gemaakt over de ontsluiting van de Brainportregio.

En dan kijken we in het laatste kwartaal van 2024 nog uit naar de opening van de Blankenburgverbinding, die de Rotterdamse haven beter bereikbaar maakt. En natuurlijk naar de Nieuwe Sluis Terneuzen, die de toegang tot de havens van Terneuzen en Gent verbetert. Maar ook de afronding van diverse deelprojecten van het Programma Hoogfrequent Spoor, zoals de oplevering van het traject Delft - Rijswijk en de UK-terminal voor beveiligd vertrek naar Londen. We mogen trots zijn op deze en al die andere projecten. Ze zorgen ervoor dat Nederland bereikbaar blijft, we naar werk en familie kunnen blijven gaan, dat de pakketbezorger op tijd voor de deur staat en supermarkten kunnen worden bevoorraad. Bekijk alles nog eens gerust in dit MIRT-overzicht.

Mede namens de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,

De minister van Infrastructuur en Waterstaat, 
Barry Madlener 

De staatssecretaris van Openbaar Vervoer en Milieu, 
Chris Jansen